Maritieme toppers

DE BEDENKERS

Braveheart Marine is sinds 2005 wereldwijd actief in hydrografische (kort samen te vatten als ‘landmeten op het water’) activiteiten. Het bedrijf uit Urk heeft een tiental schepen. Die zijn uitgerust met hydrografische survey instrumenten en worden verhuurd aan klanten uit de bagger- en offshore-industrie. Soms voor een paar dagen, soms voor maanden. Voor dit project werkt Braveheart samen met Urk Maritime (18 maritieme bedrijven uit de Urker regio), ROC Friese Poort Maritieme Campus en Zeekadetkorps Urk.

HET VRAAGSTUK

Braveheart heeft behoefte aan meer en beter gekwalificeerd personeel op mbo-niveau, ook omdat er veel werk is door de vele ‘wind op zee’-projecten. Maar groeien (nodig om de continuïteit en de huidige marktpositie te waarborgen) lukt niet goed omdat de bestaande opleidingsinstituten zowel in kwantiteit en kwaliteit niet aan de vraag kunnen voldoen. Het vakgebied is bovendien bij (potentiële) mbo-studenten redelijk onbekend. Braveheart is tot slot als kleine onderneming niet in staat om binnen de eigen bedrijfsvoering zelf mensen op te leiden. Daar is geen tijd en ruimte voor. De huidige en nieuwe medewerkers leren via e-learning, studieboeken en filmpjes, het ontbreekt aan een beschikbare leeromgeving in de buurt van het bedrijf. Medewerkers worden nu (te) algemeen opgeleid op Terschelling.

HET !DEE

Samen met Urk Maritime en Zeekadetkorps Urk ontwikkelt Braveheart een opleidingsinstituut Hydrografie. Dat gebeurt in een realistische trainingsomgeving: op de “Noorderkroon”, het schip van het zeekadetkorps. Huidige en nieuwe medewerkers van Braveheart leren er onder andere werken met sonar en het manoeuvreren van het schip bij de uitvoering van hydrografische surveys. De opleiding richt zich ook op zij-instromers uit andere branches, mbo-studenten en jongeren die bij de zeekadetten (beschouwd als de kraamkamer van de maritieme sector) zijn aangesloten. Door dit initiatief krijgt Braveheart meer en beter gekwalificeerd personeel, waardoor de onderneming kan doorgroeien. ROC Friese Poort Maritieme Campus Urk zorgt voor de samenstelling van de theorie en voor de certificering: het mbo-keuzecertificaat Hydrografie.

In een breder perspectief geeft de opleiding invulling aan de regionale ontwikkelingsambitie van het Maritieme Cluster in Urk. Bedacht is dat dit project als vliegwiel kan functioneren voor meer scholingsinitiatieven. Verder is het voor maritieme bedrijven in andere regio’s mogelijk om dit project in zijn geheel over te nemen (er zijn in Nederland negentien verschillende zeekadetkorpsen). Zeekadetkorps Lelystad heeft al belangstelling getoond.

De Digitale Campus voor blended learning

DE BEDENKERS

Het idee van de Digitale Campus komt voort uit een samenwerking van vijf ondernemingen die actief zijn in de maritieme sector, met name in de Rotterdamse haven. iTanks is een kennis- en innovatieplatform voor de havengerelateerde industrie, Viride een innovatief staalconstructiebedrijf en Althena is specialist in het totaalonderhoud van installaties. De twee andere partners zijn TIS, een verbeterbedrijf voor de petrochemie en offshore en FMJ Elektro, specialist in technische dienstverlening.

HET VRAAGSTUK

Het wordt voor bedrijven in de maritieme sector in Zuid-Holland steeds lastiger om aan personeel te komen dat vakbekwaam en veilig hun werk uit kan voeren. Systemen worden complexer, wet- en regelgeving stelt hogere eisen aan de beroepsbevolking. Die bovendien snel aan het vergrijzen is, er is al een flink tekort aan beroepskrachten. Verwacht wordt dat dit probleem gaat verergeren, waardoor de werkdruk enorm zal toenemen. Technische bedrijven hebben ook moeite met het vinden van geschikte, niet te dure scholingsprogramma’s. Er is binnen de sector ook bijzonder weinig gedaan aan het up-to-date houden van de kennis en kunde, bijvoorbeeld op het gebied van energietransitie. Zo heeft een specialist in de industrie voldoende aan een veiligheidscertificaat dat slechts eens in de tien jaar moet worden verlengd.

HET !DEE

De Digitale Campus bundelt verschillende innovatieve leermethodes, waardoor de mogelijkheid ontstaat om micro/blended learning-modules in te richten, specifiek afgestemd op bedrijven, functies of sectoren. Dit gebeurt via gamificatie en virtual en augmented reality, ondersteund door simulatoren. De mobiele, fysieke Campus bestaat uit containers, ingericht voor specifieke doeleinden, zoals lassimulatoren, spuitsimulatoren, heftruckrijden en kraanbediening. Deze modules zijn kort, to the point en effectief. Door deze verbeterslag kunnen bestaande en aankomende medewerkers beter en sneller worden ingezet. Werkzoekenden zijn via deze manier binnen één tot drie maanden inzetbaar.

Het modulaire aspect zorgt ervoor dat de Digitale Campus minder locatie afhankelijk is. Het concept is flexibel en schaalbaar. Er wordt gebouwd aan een permanent competente beroepsbevolking, dat een antwoord biedt op de arbeidsmarkttekorten én de schreeuw om vernieuwing. De bedrijfsspecifieke én persoonsgerichte trainingen via de Digitale Campus zorgen voor hoger leerrendement, meer betrokkenheid, een verbeterde leercultuur en niet in de laatste plaats voor hogere vakbekwaamheid. De ‘spinoff’ van deze resultaten is dat de deelnemende bedrijven aantrekkelijker worden voor nieuwe werknemers.

Leercultuur versterken door leren te leren

DE BEDENKERS

De initiatiefnemers van dit idee zijn Schilt Engineering en Metaaldirect. Deze mkb-bedrijven ontwikkelen machines voor de metaalbewerkingsindustrie en voeren metaalbewerkingen uit. Het werkveld verandert snel door digitalisering, innovaties en de ontwikkeling van nieuwe machines. De kennispartners van dit idee zijn Organiq en Breinbereiders. Zij zijn gespecialiseerd in aantrekkelijke manieren van (digitaal) leren en gedragsveranderingen. Ook bieden ze handvatten voor een effectieve leeromgeving in het werk.

HET VRAAGSTUK

De huidige leercultuur bij Schilt en Metaaldirect is passief en directief. Het technische personeel (mbo-niveau 1 t/m 4) heeft moeite met de “schoolse” manier van leren. Veel werknemers ervaren leerblokkades, zoals faalangst, trauma’s met (schools) leren en hebben een negatief beeld van theoretisch leren.

De HR-afdelingen van beide bedrijven zien ook een aversie tegen het (schools)leren. Het technisch personeel leert liever in de praktijk. Hoewel het praktijkleren essentieel is in het vak, zijn niet alle nodige vaardigheden en kennis op die manier te vergaren: theoretisch leren is ook nodig. De organisaties hebben daarmee een educatiedilemma: een directieve educatiestrategie in een krappe (technische) arbeidsmarkt, veroorzaakt mogelijk een verloop van personeel. Tegelijkertijd is opleiding en innovatie een noodzakelijke voorwaarde in een competitieve markt.

HET !DEE

Om een uitweg te vinden voor dit dilemma hebben de bedenkers het idee ‘Leren Leren’ ontwikkeld. Het doel van het project is het versterken van de leermotivatie en het aanleren van leerstrategieën (Leren Leren) die trauma en faalangst wegnemen en individueel en collectief leren belonen. Om de leerblokkades te doorbreken, passen de bedenkers de ‘flipped classroom’ leerstrategie toe. Hierin leren werknemers tijdens werktijd, in plaats van thuis.

De modules zijn kort (5 – 15 minuten) en visueel aantrekkelijk. In de social learning en blended leermodule, delen werknemers hun leerverhalen en -ervaringen (fier en trots) en volgen ze workshops. Om een positieve feedbackloop in gang te zetten en zo de leercultuur te versterken wordt gebruikgemaakt van individuele en collectieve vormen van beloning. Bijvoorbeeld de Leren Leren Pubquiz (collectief), Gamificatie in de leermodules (individueel), prijzen en awards voor het afronden van modules. Bovendien krijgen leidinggevenden en begeleiders e-learnings over het stimuleren van een positieve en veilige leercultuur.

 

 

VR-leercultuur in veiligheid en gezondheid

DE BEDENKERS

Voor dit idee werken twee bedrijven samen met Fontys Hogeschool Mens en Gezondheid uit Eindhoven. Saasen Opleidingen en B&V partners in veiligheid zijn aanbieders van trainingen bedrijfshulpverlening (BHV). In totaal werken er 100 trainers. De bedrijven lopen voorop als het gaat om het aanbieden van BHV-trainingen met virtual reality (VR). Ze zijn ervan overtuigd dat ze samen meer kunnen bereiken dan alleen. Ook de klanten zijn enthousiast over de voordelen van BHV-trainingen met VR.

HET VRAAGSTUK

De ongeveer 500.000 bedrijfshulpverleners in Nederland krijgen een regulier verplichte training om hun vaardigheden op peil te brengen of te houden. VR doet haar intrede in de branche. Enkele trainers van Saasen en B&V kunnen met VR BHV-trainingen geven, maar ook de andere collega’s moeten dat gaan doen. BHV-trainers zijn weliswaar gewend om hun kennis op peil te houden, maar VR vereist een andere didactische aanpak. Voor het gebruik van VR zijn nog geen routinematige opleidingen beschikbaar en de medewerkers van Saasen en B&V ervaren belemmeringen bij het ervan. Bovendien is de leercultuur waarbij trainers actief op zoek gaan naar nieuwe technieken en innovaties maar beperkt aanwezig.

HET !DEE

De bedenkers willen bij hun trainingen voor BHV een virtual reality-coach inzetten. Beide bedrijven hebben al ervaren BHV-trainers in dienst die beschikken over de gewenste VR-kennis, zowel technisch als didactisch. De training bestaat uit een intensief programma dat de knelpunten die trainers ervaren om met VR te werken stapsgewijs wegneemt. Fontys ondersteunt de ontwikkeling van de programmaonderdelen.

De didactische methodiek, modules en serious games die het programma gebruikt, worden vastgelegd in een VR-model. Fontys valideert het model, door controle op wetenschappelijke inzichten, en onderzoekt steekproefsgewijs de effectiviteit van de individuele onderdelen. Ook meet Fontys de effecten van de training, met specifieke aandacht voor de VR-coach. Met participatief actieonderzoek verbetert de hogeschool samen met de coaches hun praktijkvoering.

Het programma is reproduceerbaar voor de toekomstige opleiding van BHV-trainers. De kennis die de trainers opdoen, wordt verankerd in een Centre of Expertise (CoE), dat na afloop van het project blijft bestaan. Het CoE is toegankelijk voor de hele BHV-branche. De betrokkenen ontwikkelen de BHV-methodiek verder en andere bedrijven die hun leercultuur willen verbeteren krijgen de methodiek tot hun beschikking.

Nextgen Procesoperators in flexible manufacturing

DE BEDENKERS

Drie partijen werken samen aan dit idee. Europastry Benelux B.V. is marktleider in de sector bevroren brooddeeg. Softwareontwikkelaar Total Reality is gespecialiseerd in de ontwikkeling van virtual reality-, augmented reality- en mixed reality-oplossingen met een focus op de industrie. OVSoftware ontwikkelt, maakt, beheert en onderhoudt hoogwaardige en efficiënte softwaresystemen. Deze partijen slaan de handen ineen met de Saxion University of Applied Sciences.

HET VRAAGSTUK

Bedrijven moeten steeds vaker op flexibele basis een grote verscheidenheid aan specifieke producten kunnen produceren. Binnen deze omgeving van flexible manufacturing staan de procesoperators centraal. Zij moeten zich een grote hoeveelheid aan (veranderende) procedures en instructies eigen maken. Alleen al in de Nederlandse industrie werken er dagelijks meer dan 58.000 procesoperators om deze processen 24/7 in goede banen te leiden. De meeste productiebedrijven moeten met grote regelmaat nieuwe procesoperators inwerken, trajecten die vaak wel een jaar duren. Een trainer – vaak een collega-operator – loopt mee in alle fases van dit traject. Dat is erg arbeidsintensief en legt beslag op de ‘productieve uren’. Bovendien beklijft de overdracht van kennis niet door snelle technologische ontwikkelingen en hoog personeelsverloop.

HET !DEE

De initiatiefnemers ontwikkelen een gestandaardiseerd, modulair en gecertificeerd trainingsprogramma in de vorm van een mixed reality-applicatie. Dit interne reality-trainingsplatform halveert de onboardingtijd van nieuwe procesoperators en leidt medewerkers zonder technische achtergrond op tot hoogwaardige procesoperators. Daarnaast faciliteert deze methodiek de gefaseerde doorontwikkeling van bestaande medewerkers. Ze leren sneller en autonomer, en zijn in staat om direct in het productieproces mee te lopen. Dit alles gebeurt mede op basis van de kennis vanuit het Saxion-lectoraat Human Capital in Smart Industry.

De oplossing zorgt ervoor dat procesoperators in de industrie sneller worden opgeleid én dat de kennis wordt geborgd. Dit leidt uiteindelijk tot behoud van de werknemers en tot de continuïteit van het technische personeel.

In het platform zijn de technieken op het gebied van werkinstructies modulair en zo universeel mogelijk ontwikkeld, zodat ze een inspiratiebron zijn voor andere (mkb-)ondernemers. Bovendien worden de inzichten ingezet voor het opzetten van lesmodules, onder meer bij Saxion Hogeschool Enschede, Lectoraat Human Capital in Smart Industry. Saxion kan hierdoor gerichter inspelen op behoeftes van het bedrijfsleven.

De Asset Management Experience

DE BEDENKERS

Drie kleine mkb-kennisbedrijven kwamen tot dit idee. Veerenstael B.V. en Ivy Global B.V. leveren projectmatige oplossingen op het gebied van assetmanagement. Dit draait om het managen van fysieke assets (kapitaalgoederen). De bedrijven zijn complementair: waar Ivy Global expert is op gebied van zware industrie in het havengebied, ligt bij Veerenstael de nadruk op de infrasector. Hun ontwikkelpartner Raccoon Serious Games B.V. is een snelgroeiende ontwikkelaar van serious games met een focus op de technische sector.

HET VRAAGSTUK

Er is veel vraag naar assetmanagement-oplossingen. Nieuwe medewerkers van Veerenstael en Ivy Global hebben echter zelden voldoende kennis van en inzicht in de effecten van goed assetmanagement.

De huidige externe trainingen zijn weinig effectief: medewerkers hebben moeite om de samenhang en theorie te doorgronden. Bovendien zijn de trainingen te theoretisch. Ook kost het op peil houden en delen van kennis en ervaring moeite. De bedrijven zien zich genoodzaakt om intern op te leiden, maar hebben daar niet genoeg tijd en geld voor.

Ivy Global werkt met een kleine groep senior asset- en projectmanagers die een grote poule werkstudenten aansturen. Veerenstael wil starters graag effectief onderwijzen over de toepassing van de assetmanagementtheorie en -modellen. Daarnaast wil Veerenstael de kennisdeling tussen medior en senior medewerkers bevorderen.

HET !DEE

De bedenkers ontwikkelen een simulatie-game over assetmanagement: de Asset Management Experience. Deelnemers spelen deze interactieve game in groepsverband en kunnen hiermee hun kennis over assetmanagement snel op peil brengen én houden. Serious gaming is een innovatieve manier om complexe situaties begrijpelijk en overdraagbaar te maken door het gebruik van metaforen, voorbeelden en interactieve spelelementen.

Teams met een groeiend begrip en bewustzijn van assetmanagement behalen een steeds hogere efficiëntie. Met de scores wordt het kennisprofiel van een team vastgesteld. Op basis daarvan is advies mogelijk over verdere training en/of het advies om de game nogmaals te spelen en de score te verbeteren.

De simulatie zal niet alleen de onderlinge kennisdeling naar nieuwe medewerkers bevorderen, maar ook tussen medior en senior medewerkers. Door het gezamenlijk spelen van de simulatiegame kunnen starters, mediors en seniors, maar ook gemixte teams, effectiever leren, reflecteren en kennis delen. Dit stimuleert de leercultuur binnen organisaties verder en versterkt deze. Bij het testen van de serious game worden meerdere (mkb-)organisaties betrokken.

Route tot industrieel vakman

DE BEDENKERS

DERC Adviesgroep is onderdeel van DERC Waterjetting, een mkb dat industriële reinigingsapparatuur verkoopt. Alles wat met hogedrukreiniging of industriële reiniging te maken heeft, valt binnen het werkgebied van DERC. Europoort Industrie Diensten (EID) is een mkb dat industrieel reinigers (IR) levert voor reinigingsprojecten in de Rotterdamse haven. Medewerkers werken vooral bij opdrachtgevers in de (petro)chemische industrie. De twee bedrijven werken voor deze aanvraag met elkaar samen.

HET VRAAGSTUK

De huidige IR-opleiding is gericht op het behalen van verplichte basis- en sectorspecifieke certificaten. Cursisten volgen met name theoriecursussen van minder dan een week. Deelnemers verwerven niet de benodigde vaardigheden en kunnen niet effectief worden ingezet op projecten. DERC en EID merken dat nieuw personeel niet goed met het materieel kan omgaan, vaak niet inzetbaar is voor klussen en geregeld in onveilige omstandigheden terechtkomt. Resultaat is dat er onnodig veel controlemaatregelen op de werkvloer noodzakelijk zijn. Door het gebrek aan ervaren personeel is dit probleem niet op te lossen met meer of betere trainingen. IR-personeel ziet leren als een saai, verplicht nummer om te participeren in een klus. De ambitie van dit project is om het onboarding-proces van personeel op een nieuwe klus in een nieuwe, industriële context effectiever én leuker te maken.

HET !DEE

Door de opleiding te moderniseren hopen DERC en EID het onboarden voor nieuwe projecten leuker en aantrekkelijker te maken. Tijdens de nieuwe opleiding ontstaat het beeld van de industrieel reiniger als vakman, die trots kan zijn op de vele verschillende klussen die hij of zij gedaan heeft en de soorten materieel die hij of zij kan bedienen. Een modernere opleiding draagt hopelijk ook bij aan het werven van nieuw, jong personeel.

Door virtual reality (VR) met e-learning af te wisselen, is een training vele malen effectiever dan bestaande conventionele trainingen binnen hetzelfde leertraject. Theoretische kennis verworven via e-learning komt terug in praktijkgerichte opdrachten en simulaties in VR. Ook de toetsen worden afgelegd in VR. Andersom kunnen deelnemers via e-learning reflecteren op het handelen in VR-gesimuleerde praktijksituaties. Deze combinatie is nieuw en is ook in andere sectoren in te zetten. DERC en EID zien op termijn mogelijkheden om dit project ook in andere mkb-bedrijven uit te rollen.

Cadmes Talent Development

DE BEDENKERS

Softwarebedrijf Cadmes is een officiële ambassadeur van Smart Industry en helpt organisaties om de digitalisering te versnellen. Productiebedrijf J vd Mortel maakt al ruim 30 jaar hoogwaardige hekwerken en poorten. Cadmes en J vd Mortel zijn als partners een samenwerkingsverband aangegaan. Penvoerder Cadmes is leverancier van software voor bedrijven in de maakindustrie, waaronder J vd Mortel, die willen groeien en innoveren.

HET VRAAGSTUK

Kennis wordt steeds belangrijker in de snel veranderende maakindustrie en daarom investeren bedrijven steeds meer in de ontwikkeling van hun mensen. Medewerkers hebben steeds nieuwe (digitale) vaardigheden en kwaliteiten nodig om het werk goed te kunnen blijven doen. De huidige leercultuur van J vd Mortel bestaat uit een intern leertraject om specifieke (proces)kennis op te doen. Nieuwe medewerkers en stagiaires leren daardoor in korte tijd hoe ze hun taken kunnen uitvoeren, maar er is geen gedegen opleidingsplan. Medewerkers volgen soms externe cursussen, maar de informatie daaruit ebt na verloop van tijd weg. Bovendien gaat her- en bijscholing op korte termijn ten koste van de productiviteit. J vd Mortel is op zoek naar manieren om de leercultuur duurzaam te verbeteren.

Het !DEE

De projectpartners willen het gedrag binnen J vd Mortel duurzaam veranderen en de leercultuur versterken. Daartoe ontwikkelen ze een leerplatform dat on demand beschikbaar is. J vd Mortel faciliteert werknemers in ruimte, tijd en middelen (gelegenheid) om gebruik te maken van het leerplatform. Het platform bevat onder andere modules voor specialistische en technische vaardigheden met het oog op de toekomst, zoals omgaan met digitalisering en robotisering.

Naast het leerplatform starten de partners een offlineprogramma, in co-creatie met andere bedrijven en onderwijsinstellingen. In dit programma wil Cadmes workshops, bootcamps en traineeships organiseren die bestaan uit een mix tussen theorie en praktijk. Deze zullen gericht zijn op Smart Industry en skills-programma’s. Ook biedt Cadmes bedrijven de gelegenheid om te experimenteren met vraagstukken uit de praktijk waarin nieuwe kennis en ontwikkelingen samenkomen. Het offlineprogramma start begin 2022, in verband met COVID-19.

Dit plan draagt bij aan een groter aanbod van beter inzetbaar personeel in de sectoren techniek en ICT. Ook versterkt het de leercultuur bij mkb-bedrijven.

Techniek brengt mkb digitaal verder

DE BEDENKERS

Privacy Direct is een dynamisch adviesbureau op het gebied van privacy. Sinds de oprichting in mei 2018 groeide het bedrijf snel en sinds begin 2019 is het partner van het ministerie van OCW, de VO-Raad en de PO-Raad. Privacy Direct monitort de privacyregels binnen organisaties, zodat zij geen boetes krijgen of reputatieschade leiden.

HET VRAAGSTUK

Het is een enorme uitdaging om medewerkers met de noodzakelijke technische en IT-kennis en de juiste vaardigheden met betrekking tot cybersecurity, privacybescherming en informatiebeveiliging te vinden en te houden. Er is geen tijd of geld om medewerkers vrij te roosteren voor klassieke technische en IT-gerelateerde trainingen en opleidingen. De meeste relevante cursussen zijn technisch van aard en sluiten niet aan bij de behoeften van de medewerkers. Daardoor vinden zij het lastig om hun technische kennis en IT-vaardigheden op peil te houden. Een standaard one-size-fits-all-training past niet. Een innovatieve aanpak om medewerkers te stimuleren blijvend te leren en bij te dragen aan de bedrijfsdoelstellingen is noodzakelijk. Alleen zo kan Privacy Direct meedoen aan de digitale transitie en geen concurrentieachterstand op te lopen.

HET !DEE

Privacy Direct richt een beveiligde onlineomgeving in. De huidige en toekomstige medewerkers kunnen daar op ieder gewenst moment werken aan hun technische en IT-kennis. Ook kunnen ze vaardigheden ontwikkelen die bijdragen aan de concurrentiepositie van zowel Privacy Direct als de medewerkers zelf. Deze dynamische onlineleeromgeving is toegankelijk en eenvoudig te gebruiken, en sluit aan op de wensen en behoeften van de medewerkers. In plaats van standaardtrainingen en -workshops voor het hele bedrijf, kunnen medewerkers op eigen tempo bepalen welke modules zij willen volgen.

Als organisatie met focus op kennisdeling en innovatie, wil Privacy Direct het platform, inclusief de inhoud van de trainingen en cursussen, ter beschikking stellen aan mkb-bedrijven met een technische achtergrond.

Mobiel in de techniek

DE BEDENKERS

Morrenhof-Jansen is een installateur in het Overijsselse Dalfsen met ruim 200 medewerkers. Het installatiebedrijf wil een koploper zijn in de branche door vernieuwende duurzame technieken in te zetten. Om de ontwikkeling van medewerkers te ondersteunen heeft Morrenhof-Jansen een app ontwikkeld. De app geeft onder andere inzicht in persoonlijke roosters en urenregistratie. Deze app wordt inmiddels onder de naam Nutt ook gebruikt door andere bedrijven uit de bouw.

HET VRAAGSTUK

Morrenhof-Jansen wil een leven lang ontwikkelen een duurzame plek in de organisatie geven. Juist omdat er schaarste is op de technische arbeidsmarkt en maatschappelijke uitdagingen als klimaatverandering veel vragen van medewerkers. Morrenhof-Jansen ervaart echter een reactieve houding tegenover kennisontwikkeling over duurzaamheid binnen de organisatie. Nieuwe duurzame technieken zijn complex en informatie over opleidingen is versnipperd. Een groot deel van de medewerkers wil zichzelf graag actiever ontwikkelen, maar weet niet goed hoe. De huidige app van Morrenhof-Jansen kan een rol spelen in het bevorderen van de leercultuur. De app heeft echter een beperkt aantal functies en kan vanwege financiële overwegingen nog niet worden uitgebouwd.

HET !DEE

Morrenhof-Jansen wil de bestaande app uitbouwen en inzetten om de leercultuur te verbeteren. De nieuwe app, ‘Mobiel in de Techniek’, biedt medewerkers praktische en overzichtelijke informatie over opleidingen en duurzame inzetbaarheid. Door de uitbreiding van de app krijgen medewerkers hun ontwikkeling letterlijk ‘in eigen hand’. Nieuwe functies zijn het zoeken en boeken van opleidingen, het monitoren en verbeteren van competenties, peer-to-peer-leren, inzicht in relevante certificeringen en administratieve hulpmiddelen. De nieuwe app zorgt daarmee voor goed geschoolde en gemotiveerde medewerkers.

Morrenhof-Jansen en Nutt werken samen met Move4Mobile en met de opleidingspartner ROVC bij het verder uitbouwen van de app. De samenwerking moet zorgen voor een actieve leerhouding binnen de onderneming, regie op eigen ontwikkeling van medewerkers en een snelle inzetbaarheid van zij-instromers. De brede inzet van de app draagt bij aan meer en beter personeel in de technische sector en vergroot het menselijk kapitaal met betrekking tot de klimaat- en energietransitie.